tjiftjaf (Phylloscopus collybita) 4-2021 6991In de natuur komen erg veel soorten voor, waarvan velen, die voor ons mensen, sterk op elkaar lijken en lastig uit elkaar zijn te houden. Als je in een goede vogelgids op zoek gaat naar kleine bruin tot geelgroene zangvogeltje met een lichte tot gele borst en een lichte wenkbrauwstreep, zijn het aantal soorten al snel niet meer op twee handen te tellen. Sommige daarvan lijken zelfs zoveel op elkaar dat ze visueel bijna onmogelijk uit elkaar zijn te houden en men ze beter aan de hand van hun zang of gedrag kan determineren.

 

tjiftjaf (Phylloscopus collybita) 4-2021 6944tjiftjaf (Phylloscopus collybita) 4-2021 6972Twee vaak met elkaar verwarde vogels zijn de tjiftjaf (Phylloscopus collybita) en de fitis (Phylloscopus trochilus). Beide vogels zijn elkaars tweelingsoort en lijken uiterlijk sterk op elkaar. Ze stammen van dezelfde directe voorouder af en zijn onderling genetisch verenigbaar.  Een tjiftjaf en fitis kunnen samen dus wel vruchtbare jongen voortbrengen. De vrouwtjes kiezen hun partners echter aan de hand van hun lied en zullen dus niet snel met hun zustersoort paren.

 

Hoewel een tjiftjaf en fitis zo sterk op elkaar lijken en individuele verschillen hun onderlinge determinatie soms nog verder kunnen bemoeilijken, zijn er toch wat uiterlijke verschillen die houvast kunnen geven.

 

fitis (Phylloscopus trochilus) 4-2017 9648fitis (Phylloscopus trochilus) 4-2017 9641Een tjiftjaf is over het algemeen wat zwaarder gebouwd, heeft een rondere kop, een kortere handpenprojectie, een iets minder opvallende wenkbrauwstreep, een geheel donkere snavel en een wat minder opvallende gele kleur en grauwere borst. Dat zijn echter allemaal verschillen waar je in het veld vaak weinig mee kunt, omdat je daar zelden een tjiftjaf en fitis naast elkaar kunt vergelijken.  Opvallender is het verschil in pootkleur, tjiftjaffen hebben (over het algemeen, ook hier bestaan weer uitzonderingen) donkere porten terwijl die van de fitis veel lichter en rozebruin zijn. Tjiftjaffen hebben daarnaast een herkenbare tic, tijdens het bewegen over takken slaan ze regelmatig met hun staart naar beneden, een beetje alsof ze de tak willen afkloppen, iets wat fitissen niet doen.

 

Ze zijn echter veel makkelijker met hun zang uit elkaar te houden, de fitis zingt een melodieus riedeltje terwijl de tjiftjaf zichzelf steeds roept. Aan dit saaiere lied dankt hij dan ook zijn onomatopoëtische naam.