Weblog

Dood en de bonte kraai (Corvus cornix)

zondag, 20 augustus 2023

bonte kraai (corvus cornix) 7-2023 120916Al vaker heeft de dood van een dier, waar ik geen persoonlijke band mee had, me diep geraakt. Onlangs overkwam me dat in Boedapest, daar lag naast de weg midden op de stoep een bonte kraai. Zijn lichaam lag volledig slap, maar zijn kop hield hij opgeheven. Hij bewoog niet, maar volgde wel alles met zijn ogen. Hij leek niet versuft of verdoofd, maar lag toch stil en kwetsbaar, zonder enig teken van verwonding, midden op een druk voetpad, bewust en berustend.

 

Vogelbescherming adviseert in dat soort zaken om de vogel niet op te pakken, ze zouden vogelgriep kunnen hebben en in een zeldzaam geval daarmee ook een mens kunnen besmetten. In Nederland zou ik de dierenambulance bellen, maar ik had geen idee of zoiets in Hongarije ook bestond en hoe ik daarmee in contact kon komen. Na voorzichtig te hebben gekeken of ik misschien iets kon doen, heb ik hem na het maken van een foto toch laten liggen. Het was duidelijk dat hij het niet zou halen, maar ik kon het toch niet over mijn hart verkrijgen om hem ter plekke met een harde trap uit zijn lijden te verlossen en hem van zijn dood te beroven. Wat we in zo’n situatie dan meestal zeggen is dat we de natuur zijn beloop laten, een geruststellend eufemisme voor een gebrek aan empathie en daadkracht.

 

In Midden-, Zuid- en Oost-Europa komen bonte kraaien voor waar ze net zo gewoon zijn als de zwarte kraaien hier. Af en toe overwinteren er een aantal in Nederland, maar de kans dat je ze hier ziet is klein. Bonte kraaien hebben een lichtgrijze rug, mantel en buik wat ze een gedistingeerd uiterlijk geeft, het is bijna alsof ze een grijs jacketje aan hebben. Kraaien zijn enkele van de slimste dieren op Aarde, er wordt wel gezegd dat ze naar menselijke maatstaven de intelligentie hebben van een vijfjarig kind, maar waarschijnlijk is dat een onderschatting. Ze kunnen 20 jaar oud worden, gebruiken gereedschappen, zijn in staat om complexe problemen op te lossen en hebben een buitengewoon goed geheugen.

 

Mensen die in kraaiachtigen zijn geïnteresseerd zou ik graag het boekje Gifts of the Crow, van Marzluff en Angell willen aanbevelen.

 

Lees ook: Dood en de bergeend, Dood en de afwas, Roek (Corvus frugilegus), Zwarte kraaien aan de pier (Corvus corone), De ogen van een kauw (Corvus monedula), Dood konijn en IQ.

De natuurhistorische afdeling van het Narodni Muzeum in Praag

zondag, 13 augustus 2023

narodni muzeum praag 7-2023 9062De locatie van het natuurhistorische museum in Praag is uniek. Het is gevestigd in het prestigieuze Nationale Museum (Narodni Muzeum), verreweg het belangrijkste museum van Tsjechië. Oorspronkelijk werd dit museum al in 1818 opgericht. Zijn collectie verhuisde regelmatig van paleis naar paleis tot het zich in 1891 huisvestte aan het Wenceslausplein in het centrum van Praag. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het echter in een bombardement vernietigd. Men herbouwde het complex en in 1947 openden het huidige museum haar deuren voor het publiek. Het museum heeft een hoogstaande collectie van 15 miljoen objecten, die is verdeeld over tientallen verschillende gebouwen. Het natuurhistorische gedeelte bevindt zich in het imposante hoofdgebouw aan de kop van het Wenceslausplein.

 

narodni muzeum praag 7-2023 8975narodni muzeum praag 7-2023 8976narodni muzeum praag 7-2023 8962narodni muzeum praag 7-2023 9074Het gebouw oogt als een paleis en is op zich alleen al een bezoek waard. Bij binnenkomst kom je na de ontvangsthal uit bij een prachtig trappenhal waarlangs je omhoog kunt naar de vele zalen met de natuurhistorische collectie. Wij waren er op een doordeweekse middag in juli, de meeste natuurhistorische musea, zelfs enkele hele grote, zijn normaal gesproken relatief rustig, maar hier was de drukte ongekend. Drommen mensen schuifelden langs de exposities,  al het educatieve materiaal werd gebruikt en de meeste bezoekers gedroegen zich alsof ze het enorm naar hun zin handen.

 

Net als bij elk zichzelf serieus nemend natuurhistorisch museum hebben ze een skelet van een mammoet en van een walvis. Op dit specifieke walvisskelet is men zelfs erg trots, het 22,5 meter lange skelet van een Balaenoptera physalus stamt uit 1885. Het was oorspronkelijk op een Noorse kust aangespoeld en werd voor de destijds hoge prijs van 2.500 guldens door het museum aangeschaft. Nu hangt het in de zoogdieren-zaal boven het hoofd van de bezoekers aan het rijk versierde plafond.

 

narodni muzeum praag 7-2023 9077narodni muzeum praag 7-2023 9004narodni muzeum praag 7-2023 9005narodni muzeum praag 7-2023 9059Zelf vindt het museum zijn tentoonstelling “de wonderen van de evolutie” één van de aller modernste ter wereld. Over een zaaloppervlak van 2.000 m2 presenteert het de dieren naar eigen zeggen niet zoals dat in andere musea gebeurt, in een statische houding op planken en rekken, maar in een veel natuurlijkere omgeving en houding. Hoewel er natuurlijk meer musea zijn die dit pretenderen en doen, hebben ze er hier wel een herkenbaar thema van gemaakt. Ook hebben ze enkele unieke en zeldzame modellen zoals die van een grote witte haai en een 17 meter lange inktvis. Verder zijn ze erg trots op het gebruik van diverse multimedia technieken, zoals video-mapping en diverse licht- en geluidseffecten. Ook dit is natuurlijk niet uniek, alhoewel ik zelden zag dat deze middelen ook zo uitvoerig door de bezoekers werden benut.

 

narodni muzeum praag 7-2023 8968narodni muzeum praag 7-2023 9003Ook bij de “raam op de prehistorie” tentoonstelling maken ze gebruik van enkele levensechte life-size modellen om de impact zo groot mogelijk te maken, zo hebben ze o.a. modellen van een Burianosaura augustai, de enige Tsjechische dinosaurus, die wordt opgegeten door haaien, een wolharige mammoet en een sabeltandtijger die eruit ziet alsof hij aanvalt.

 

Het museum telt nog vele andere zalen, gewijd aan diverse disciplines en ontdekkingen, zo zijn er o.a. ook nog fluorescente stenen, meteorieten en insecten te bewonderen. Ik weet niet of er een speciale reden was dat het op die specifieke woensdagmiddag zo druk was of dat dit normaal is voor dit museum, maar aangezien ik slecht tegen grote mensenmassa’s kan, ben ik niet zo lang gebleven als ik eigenlijk had gewild. Toch heb ik van het bezoek genoten, het museum heeft een onmiskenbare eigen identiteit en enkele fascinerende modellen en displays, samen met de prachtige locatie maakten die het bezoek een unieke ervaring.

 

Klik hier voor meer foto’s van de natuurhistorische afdelingen van het Nationale Museum in Praag en hier voor meer foto’s van andere natuurhistorische musea in Europa.

Radio Kootwijk

zondag, 13 augustus 2023

radio kootwijk 7-2023 8665-Toen dit gebouw nog leefde, zond het signalen uit die tot in Nederlands-Indië waren te horen. Maar nu is het gebouw gestript en dood, alles wat het nut gaf is eruit verdwenen. Wat overblijft is een gebouw dat net zo levenloos als leeg is. Tijdens zijn hoogtijdagen liepen er van overal uit het gebouw dikke draden die als de electroden van een gigantische elektro-encefalogram bij elkaar kwamen en in een enorme antenne uitmondde. Via die antenne werden berichten met ontzaglijk veel energie de ether in geslingerd en communiceerde men met haar zustergebouw in Bandoeng.

 

radio kootwijk 7-2023 8487radio kootwijk 7-2023 8539radio kootwijk 7-2023 8619radio kootwijk 7-2023 8667Het iconische gebouw en haar infrastructuur zijn tussen 1918 en 1965 aangelegd. Het complex kon niet van hout en ijzer worden gemaakt, omdat de enorme hoeveelheden energie die er in het gebouw werden opgewekt, ervoor konden zorgen dat ijzeren nagels zo heet zouden worden dat ze een houten constructie in brand konden steken. De grote hal met de enorme dynamo werd in 1920 door Julius Luthmann ontworpen, het hele gebouw werd uit beton opgetrokken en geld speelde geen rol. In 1923 werd het hoofdgebouw als lange-golfzender in dienst genomen en op 7 januari 1929 legde koningin Emma met de beroemde woorden: “Hallo Bandoeng hoort u mij?”, voor het eerst radiotelefonisch verbinding met Nederlands-Indië. Later kon men ook met Suriname, Curaçao, Noord- en Zuid Amerika, Japan en de meeste andere Europese landen communiceren. Tijdens de oorlog werd het zendstation door de Duitse bezetters gebruikt voor spionage en communicatie met hun onderzeeërs. Na de oorlog heeft het nog een tijdje een rol gespeeld in de communicatie met onze scheepvaart, maar door de opkomst van betere technologieën verloor het al snel zijn nut en besloot men het uiteindelijk te ontmantelen. In 1980 werd de laatste mast gesloopt en op 31 december 1998 viel het definitief stil.

 

radio kootwijk 7-2023 8521-Het gebouw is prachtig ontworpen, als je er doorheen loopt, merk je dat alles aandacht heeft gekregen en dat er veel tijd is gestoken in de onderlinge verhoudingen en het architecturale vormen- en lijnenspel. Hoewel ik al aardig wat foto’s van het gebouw had gezien, was ik toch onder de indruk. Afhankelijk van hoe ik er naar keek verschoof het perspectief en bood het nieuwe en verrassende versies van zichzelf die qua sfeer schommelden tussen dystopisch en utopisch. Soms leek het overweldigend groot en soms claustrofobisch klein, soms deed het me aan een oude Maja-tempel denken, soms aan een lege machinefabriek. Ik heb er heerlijk kunnen fotograferen en werd regelmatig verrast door het complexe vlakken- en lijnenspel, dat schijnbaar onbedoeld, toch steeds in balans bleef.

 

radio kootwijk 7-2023 8551radio kootwijk 7-2023 8601-Momenteel staat het gebouw als een betonnen puist midden in een lege, met bossen omzoomde, cirkelvormige vlakte. Hoewel deze vlakte ooit met veel mankracht en moeite is leeggehaald om ervoor te zorgen dat niets de signalen kon verstoren, voelt het nu alsof het gebouw nog steeds verantwoordelijk is voor het in stand houden van de leegte die er als een explosiezone omheen ligt.

 

Nu alle bedrading, antennes en machinerie zijn verdwenen blijft er een imposant maar doods gebouw over, leeg en verlaten, dat soms nog wordt gebruikt als filmset, voor een evenement of bijeenkomst en waar bezoekers met een gids een rondleiding kunnen krijgen, maar waarbij elke link met het energieke verleden volledig is verbroken. Het gebouw had, net als het monster van Frankenstein, veel energie nodig om tot leven te komen, maar nu die leven-gevende bliksem is verdwenen, ligt het als een lege schedel in het zand.

 

Klik hier voor meer foto’s van Radio Kootwijk, en klik hier voor meer foto’s van Urbex en locaties.

Zelfgemaakt mes no. 24 (Baleen)

vrijdag, 21 juli 2023

zgm 24 baleen 7-2023 8422Meestal kies ik het materiaal voor een mes naar aanleiding van het ontwerp en het beoogde gebruik, maar af en toe ontwerp ik een mes juist naar het materiaal wat ik ervoor wil gebruiken. Dat was het geval bij zelfgemaakt mes no. 22 (Corax), waar ik de lijnen en kleuren baseerde op het gewei dat ik voor het handvat gebruikte en dat is bij dit mes ook weer het geval. Ik had al jaren een prachtig stuk zeeblauw gestabiliseerd bot, waar ik steeds maar geen toepassing voor vond. Nu heb ik er na lange tijd eindelijk toch een mes bij ontworpen.

 

zgm 24 baleen 7-2023 8748zgm 24 baleen 7-2023 8750zgm 24 baleen 7-2023 8730zgm 24 baleen 7-2023 8733Het azuurblauwe bot heeft een zachte vettige glans met een complexe wit-blauwe tekening die enigszins op gesteentes zoals blauw marmer of sodaliet lijkt. De kleur en rijkdom van de golvende structuur in het bot komen op een foto moeilijk over en variëren, afhankelijk van de invalshoek van het licht, van helder azuur tot diep blauwgrijs. Aan de achterkant van het handvat kun je in de doorsnede nog goed de organische botstructuur zien. Het handvat is nadat het was gevormd, gepolijst en, net als bij mes no. 15, met een dunne laag cyano-acrylaat afgewerkt. Meestal worden luxe, of luxe-ogende materialen, zoals edelsteen, mineraal of ivoor met een luxe ontwerp gecombineerd en zie je ze veel op hoog gepolijste messen met gegraveerde bolsters en complexe lijnen. Ik wilde hier echter een eenvoudig mes ontwerpen, waarvan de schoonheid terloops aanvoelt. Daarom heb ik de lijnen eenvoudig gehouden en de handvatdelen zonder bolsters, spacers of extra kleuraccenten met drie roestvrij stalen pinnen aan het lemmet bevestigd, net zoals je dat bij een bescheiden mes met goedkope houten heftdelen zou doen.

  

Het mes is van “slechts” 4 mm dik D2 staal gemaakt, dat tot een 59 HRC is gehard. Het heeft een slank en eenvoudig maar wel elegant profiel, waarvan de snede precies even lang is als het handvat. Verder heeft het een korte ricasso, een lange smalle valse snede en een dun convex snijvlak. De angel loopt naar achteren taps af tot slechts 2mm dikte en het handvat heeft aan de voorkant bij de ricasso twee schuine platte vlakken die het licht reflecteren. Omdat het lemmet, relatief tot de hoogte van de snede, vrij smal is en in een zeer dunne convexe snede uitloopt, snijdt het heel gemakkelijk, maar is het niet bedoeld voor zware werkzaamheden, zoals wrikken of hakken.

 

zgm 24 baleen 7-2023 8439zgm 24 baleen 7-2023 8449D2 is een taai en betrouwbaar staal met een hoog koolstofgehalte dat veel voor machines en gereedschappen wordt gebruikt. Het is, afhankelijk van de parameters die je gebruikt, net wel of net niet, een roestvrij staal en je zult er dus  wel wat beter voor moeten zorgen om te voorkomen dat het verkleurt of roest. Daarvoor krijg je echter wel een hele taaie staalsoort, dat een scherpe snede buitengewoon lang weet te houden. De onvermijdelijke consequentie van deze lange standtijd is natuurlijk wel dat het staal wat moeilijker is om te bewerken en te slijpen. Juist omdat de snede van dit mes zo dun is, kun je het beter niet met een slijpbandmachine slijpen, het risico bestaat dan dat de snede te warm wordt en daardoor aan hardheid verliest. Het is het veiligst om dit mes op een goede watersteen en met de hand te slijpen.

 

zgm 24 baleen 7-2023 8741Bij het mes hoort een eenvoudige zwarte schede met dunne lengtegroeven die refereren aan de lijnen onder de kin van een baleinwalvis. De schede is van dik tuigleer en loopt vanaf de mond, met een dikte van 6 lagen leer naar de punt met een dikte van drie lagen leer, schuin af.  De naam Baleen verwijst naar de Middel Engelse naam voor walvis. Baleen is afgeleid van het Oud Franse baleine, wat weer is afgeleid van het Latijnse balaena. De naam baleen wordt ook gebruikt voor het filtersysteem in de mond van een baleinwalvis en voor het balein zelf, de van keratine gemaakte zeefbladen uit de baard van een baleinwalvis.

 

zgm 24 baleen 7-2023 8744zgm 24 baleen 7-2023 8745Het hele mes is 24,5 cm lang, het snijvlak is, net als het handvat, precies 12,5 cm lang. Het staal is 4 mm dik, en 2 mm dik achter aan de angel. Het handvat is 3 cm hoog en 1,5 cm dik en het mes weegt slechts 196 gram.

 

Klik hier voor meer foto’s van mes no. 24 (Baleen) en hier voor meer zelfgemaakte messen.

Lissnuitkever (Mononychus punctum-album)

woensdag, 7 juni 2023

lissnuitkever  (mononychus punctum-album) 5-2023 8257De lissnuitkever of lissenboorder komt, zoals zijn naam aangeeft, overwegend op lissen voor. In Nederland bij voorkeur op de gele lis (Iris pseudacorus). Daar zat dit exemplaar ook op toen ik hem langs de waterkant bij de Leersumse Plassen vond. Met zijn lange snuit knaagde hij gaten in de stengel van de lis en zoog het plantensap op. Lissnuitkevers zijn redelijk algemeen en kunnen soms in zulke grote getallen voortkomen dat de plant eraan sterft.

 

lissnuitkever  (mononychus punctum-album) 5-2023 8256lissnuitkever  (mononychus punctum-album) 5-2023 8250Volwassen kevers komen in juni en juli tevoorschijn, en voeden zich met het sap van de stengel en de ontwikkelende bloemknoppen. Vroeg in het seizoen vind je ze vaak parend op de lissen. De bevruchte vrouwtjes boren gaten in de zaaddozen van de plant en leggen in meerdere zaden een eitje. De lis scheidt daarop een kleverige substantie af waarmee ze de beschadiging aan de zaaddoos afdicht. Met als gevolg dat de eitjes en de jonge larven van de snuitkevers tegen rovers zijn beschermd en zich in alle rust en in zeer korte tijd volledig kunnen ontwikkelen. Tegen het einde van het seizoen zijn de zaden vrijwel volledig leeggegeten en tussen augustus en september zullen de larven zich verpoppen en uit de beveiligde zaadpeul tevoorschijn komen. Waarna ze zich kort daarop, voor hun overwintering, tussen de humus en compostlaag op de grond zullen verstoppen. Hoewel deze kevertjes zich niet snel laat afschrikken en zich, als ze zich echt bedreigd voelen, meestal gewoon laten vallen, kunnen ze wel vliegen. Iets wat niet alle snuitkevers kunnen, aangezien bij veel soorten de dekschilden aan elkaar zijn vergroeid.

 

Het gedrongen kevertje is amper 4 tot 5 mm groot en is vrijwel helemaal zwart, afgezien van wat gele en witte haren aan de zijkant van zijn bolle   lijfje en het kenmerkende witte scutellum (een klein schildje tussen het borststuk en de dekschilden) waar hij zijn naam aan dankt. Punctum-album betekent witte punt.

 

Lees ook: Grote dennensnuitkevers en klimaatverandering (Hylobius abietis), Kastanje Snuitkever (Curculio elephas), Langsprietpopulierensnuitkever (Dorytomus longimanus), Convergerende evolutie en In een rechte lijn lopen.

Parende kleine wespenboktorren (Clytus arietis)

woensdag, 7 juni 2023

kleine wespenboktor (clytus arietis) 5-2023 8137De kleine wespenboktor ontwikkelt zich in dode, door schimmel besmette, takken, zoals die van de beuk. De eitjes worden in spleten van de bast afgezet, waarna de larven onder het schors leven. Als ze half zijn volgroeid graven ze zich in het xyleem in, waar ze, als ze na ongeveer twee jaar zijn volgroeid en zo’n 3,5cm lang zijn, een poppenkamer parallel aan de nerf vormen. In september tot oktober verpoppen ze, waarop tijdens de lente van het volgende jaar de volgroeide kevers uitvliegen. Volwassen kevers leven maar een paar weken en je kunt ze, hoewel ze tussen mei en juni het algemeenst zijn, afhankelijk van het weer soms al vanaf maart tegenkomen. Ik zie ze regelmatig in De Brand, aan de bosranden, waar je ze op schermbloemen van stuifmeel ziet snoepen. Van de vrouwtjes is bekend dat ze voor hun eiproductie soms ook andere kleine insecten eten om aan hun eiwitbehoefte te kunnen voldoen.

 

kleine wespenboktor (clytus arietis) 5-2023 8141kleine wespenboktor (clytus arietis) 5-2023 8143De kleine wespenboktor is een schoolvoorbeeld van mimicry, waarin een onschuldig dier zich voordoet als een veel gevaarlijker soort. Deze kevers lijken niet alleen sterk op een wesp, ze gedragen zich ook zo. Ze maken snelle, schichtige bewegingen, lopen enigszins zijwaarts, zwaaien met hun antennes en vliegen niet recht maar zigzaggend.

 

Lees ook: Parende vliegende herten (Lucanus cervus), Parende gevlekte smalbokken (Strangalia maculata), Parende Distelboktorren (Agapanthia villosoviridescens), Groene Knopbladroller (Hedya nubiferana), Penseelkever (Trichius fasciatus) en Mimesis.

Zwartkopvuurkever (Pyrochroa coccinea)

dinsdag, 30 mei 2023

zwartkopvuurkever (pyrochroa coccinea) 4-2023 7479Deze opvallende kever komt in kleine gebieden gelukkig weer wat vaker voor. Aangezien hij zich in twee tot drie jaar als larve onder het schors van dode bomen ontwikkelt, profiteert hij van de huidige opvatting dat we in natuurgebieden niet meer al het dode hout opruimen, maar rustig moeten laten liggen.

 

zwartkopvuurkever (pyrochroa coccinea) 4-2023 7499zwartkopvuurkever (pyrochroa coccinea) 4-2023 7497zwartkopvuurkever (pyrochroa coccinea) 4-2023 7493zwartkopvuurkever (pyrochroa coccinea) 4-2023 8157De zwartkopvuurkever wordt zo'n 14 tot 20 mm lang is plat en enigszins kwetsbaar, heeft een zwarte kop en poten en een vuurrood borststuk met zachte dekschilden. De mannetjes hebben duidelijk gekamde voelsprieten, die van de vrouwtjes zijn gezaagd. Ze lijken op de roodkopvuurkever (Pyrochroa serraticornis) maar deze heeft, zoals zijn naam al aangeeft, een rode kop en is veel zeldzamer. Zwartkopvuurkevers komen in heel Europa voor, maar zijn in Nederland niet algemeen, je vindt ze tussen mei en juli aan bosranden op bloemen en dode boomstammen. De volwassen kevers leven maar een paar maanden en eten stuifmeel en kleine insecten.

 

Ze paren al vroeg in het seizoen, waarna het wijfje haar eitjes in groepjes op of onder dood schors legt, bij voorkeur op eik of berk en daar waar het schors nog strak tegen het hout aan ligt. De eitjes worden meestal op een liggende, maar soms ook op een nog staande dode stam,  afgezet. De uitgekomen larven blijven tot hun verpopping als groep dicht bij elkaar en leven van micro-organismen in het rottende hout, schimmels, hun eigen uitwerpselen en insecten waar ze op jagen. Naarmate de roofzuchtige larven zich ontwikkelen, komt het schors steeds losser te liggen en vormt zich een dikke laag compost. Als de larven  niet genoeg voedsel, zoals wormen en andere insecten kunnen vinden, gaan ze over op hun soortgenoten.

zwartkopvuurkever (pyrochroa coccinea) 4-2023 7496zwartkopvuurkever (pyrochroa coccinea) 4-2023 7522Achter op hun lijf hebben ze twee kenmerkende urogomphi, hoornvormige uitsteeksels, waarmee ze dreigen als ze worden aangevallen. De volgroeide gele larven zijn zo'n 3,5 cm lang en maken voor de verpopping in de compost laag een kleine ovale kamer vrij, waarin ze binnen enkele weken verpoppen. Bij de pop zijn de lichaamssegmenten en ledematen goed zichtbaar. Hij is in het begin vaalgeel tot wit, maar verkleurt voor hij uitkomt naar zwart. Ik heb wel waargenomen dat de pop, als deze wordt bedreigd, net als de larve zijn achterlijf opricht en met zijn urogomphi dreigt. Na een paar weken kruipt de volgroeide kever uit, maar blijft tot aan de eerste warme dagen in april van het volgende voorjaar in diapauze, tot hij uit zijn kamer tevoorschijn komt. In het begin zijn de kevers vooral op hun waardboom op zoek naar een partner, maar later vliegen ze ook uit. Aangezien dezelfde boom enkele jaren kan worden gebruikt, is het niet ongewoon om meerdere generaties naast elkaar te vinden.

 

De felle kleuren van de zwartkopvuurkever zijn waarschuwingskleuren, deze attenderen potentiële roofdieren op zijn giftigheid. Net als de beroemde Spaanse vlieg heeft de zwartkopvuurkever cantharidine in zijn lijf, een bijtend en blaartrekkend gif, dat hem onverteerbaar maakt. De volwassen mannetjes kunnen deze stof aanmaken en geven het tijdens de paring aan de wijfjes over. Deze bedekken hun gelegde eitjes er daarna weer mee, zodat ook die tegen roofdieren zijn beschermd. Er zijn ook waarnemingen bekend waar de volwassen kevers op oliekevers afkomen om daarvan het gif op te nemen. Vroeger werd cantharidine veel gebruikt als lustopwekkend middel maar ook wel als ontbladeringsmiddel, middel tegen wratten, reumamedicijn en voor het verwijderen van ongewenste tatoeages, momenteel doet men onderzoek naar de mogelijkheden om cantharidine als kanker- bestrijdend middel in te zetten. Het is echter buitengewoon giftig en meerdere mensen zijn aan een verkeerde dosering overleden. Toch wordt het in de Marokkaanse keuken soms zelfs nog steeds gebruikt in gerechten zoals rash el hanout en dawamesk. Hoewel de effectiviteit van cantharidine als lustopwekkend middel nooit echt is bewezen, zorgt het er wel voor dat er meer bloed naar de schaamstreek stroomt. Het irriteert de urineleider, waarna de extra bloedtoevoer het verkrijgen en behouden van een erectie vergemakkelijkt. De effectieve dosering ligt echter vlak bij de dodelijke, met alle gevolgen van dien. Ook heeft het wel voor urineweg irritaties en zwelling van de geslachtsdelen, zoals priapisme (een urenlange en vaak ook pijnlijke erectie), gezorgd. 

 

Deze kevers, larven en poppen zijn in De Brand, onder het schors van een forse omgevallen populier, gefotografeerd.

 

Lees ook: Gewone dennenboktor (Rhagium inquisitor), De metamorfose van een lieveheersbeestje: van larve naar pop (Harmonia axyridis) en De metamorfose van een lieveheersbeestje: van pop naar imago (Harmonia axyridis).

Verkeers(borden)chaos

dinsdag, 30 mei 2023

slag vlugtenburg 4-2023 125315-Als je bij Slag Vlugtenburg op de afslag naar het strand komt, zul je echt even de tijd moeten nemen voor je überhaupt verder durft te gaan. Er staan daar namelijk nogal wat verkeersborden. Er staan aanwijzingsborden, parkeerborden, voorrangsborden, gevaarsborden, gebodsborden, verbodsborden, informatieborden, waarschuwingsborden, voorrangsborden, naamsborden en onderborden. Er wordt driftig gecommuniceerd. En dan heb ik het nog niet eens over de markeringspalen en balken, je weet gewoon niet waar je moet kijken.

 

Geloof het of niet, maar op dit kleine stukje grond, binnen de kaders van deze foto staan 40 verschillende borden.

 

Lees ook: De wereld is teveel.

Kleine poppenrover (Calosoma inquisitor)

woensdag, 24 mei 2023

kleine poppenrover 5-2023 (Calosoma inquisitor) 8110Deze ogenschijnlijk saaie zwarte kever is, als je hem wat beter bekijkt, eigenlijk heel fraai. De kleine poppenrover heeft een donkerbruin tot zwart lijf met lange sterke poten en heeft aan de randen van zijn pronotum en achterlijf een metallieke groene of blauwpaarse weerschijn. Als je deze dekschilden van dit exemplaar met een loep bekijkt, valt op dat ze zijn opgebouwd uit fijne groeven en rimpels met op regelmatige afstand een aantal kleine stippen of kuiltjes. De minuscule dalen tussen deze zwarte groeven en ribbels zijn fel roodpaars en onder de juiste lichtinval lijkt het alsof er een vuur in de kever brandt dat door al die kleine spleetjes en groefjes in zijn lijf naar buiten schijnt. De overgangen van het pronotum naar de kop en het achterlijf toe zijn omzoomd met een fijne rij gele haartjes. Zowel de mannetjes als de vrouwtjes hebben forse snoeischaarvormige kaken, waarmee ze hun prooi doden en in stukken knippen. De mannetjes zijn van de vrouwtjes te onderscheiden aan de verwijde eerste vier segmenten van hun voorpoten.

 

kleine poppenrover 5-2023 (Calosoma inquisitor) 8111Kleine poppenrovers zijn loopkevers en kunnen 16 tot 22mm groot worden. In Nederland komen twee soorten voor, de zeldzame kleine poppenrover (Calosoma inquisitor) en de nog zeldzamere grote poppenrover (Calosoma sycophanta). Zowel de volwassen kevers als de larven eten rupsen en poppen. De kleine poppenrover komt vooral in loofbossen op hogere zandgronden voor. De kevers hebben een voorkeur voor eiken en je ziet ze, vanwege de aanwezigheid van hun voedselbron, het meest tussen mei en juli. Vanwege hun voorkeur voor eiken en rupsen kunnen poppenrovers goed worden ingezet als natuurlijke vijand van de eikenprocessierups.

 

De kevers paren in het voorjaar, waarna het vrouwtje gemiddeld zo’n 50 eitjes legt, die ze met haar ovipositor in de grond stopt. De uitgekomen roofachtige larven groeien snel en verpoppen zich in een poppenkamer onder de grond, hier blijven ze in diapauze tot het volgende voorjaar. De kevers jagen vanaf de grond tot hoog in de bomen en kunnen goed vliegen. Bij gevaar laten ze zich vallen. Overdag zijn ze actief en s ‘nachts verstoppen ze zich achter schors of in spleten.

 

Kleine poppenrovers komen voor van Noord-Afrika tot Zuid Scandinavië en Klein Azië. In kleine populaties zie je ze zelfs tot aan Japan.

 

Lees ook: Paarse loopkever, Violette schallebijter en Korrelschallebijter, Kettingschalebijter (Carabus granulatus) en Gewone oeverloopkever (Elaphrus riparius).

Blauw vliegend hert (Platycerus caraboides)

woensdag, 24 mei 2023

blauw vliegend hert 5-2023 (Platycerus caraboides) 8103Als kind kwam ik vaak op het Leersumse veld. Daar heb ik heel wat verschillende kevers voor het eerst gezien, toch was ik het blauw vliegend hert daar tot voor kort nog nooit eerder tegengekomen. Nederland kent vier verschillende vliegende herten (Lucanidae), het Vliegende hert (Lucanus cervus), het Kleine vliegend hert (Dorcus parallelipipedus), het Rolrond vliegend hert (Sinodendron cylindricum) en het Blauw vliegend hert (Platycerus caraboides). Deze laatste kever is binnen het palearctisch gebied een wijd verspreide soort die lokaal soms in grote aantallen voorkomt. In Nederland zijn ze plaatselijk redelijk algemeen. In Midden-Europa leeft ook nog de zeer gelijkende soort Platycerus caprea, deze is echter net wat groter en langgerekter, maar komt niet in Nederland voor.

 

blauw vliegend hert 5-2023 (Platycerus caraboides) 8088Het Blauw vliegend hert is de kleinste van de familie, hij wordt amper 9 tot 13mm en lijkt nog het meeste op een loopkevertje. Alleen aan zijn geknikte antennes herken je hem als een vliegend hert. Ze zijn plat, meestal blauw maar vaak ook groen weerschijnend en vliegen in tegenstelling tot het grote Vliegende hert ook overdag. De mannetjes en vrouwtjes lijken sterk op elkaar en leven in loofbossen. De larven ontwikkelen zich binnen 2 tot 3 jaar in vermolmd hout van eiken en beuken. De volwassen kevers leven van jonge bladeren en bladknoppen en kun je van mei tot juli op bomen, de grond of op rotte takken tegenkomen.

 

Lees ook: Klein vliegend hert (Dorcus parallelipipedus), Parende vliegende herten (Lucanus cervus), Vechtende vliegende herten (Lucanus cervus) en Het vliegend hert (Lucanus cervus).